Betekenis van:
fabriek

fabriek (de ~ | meervoud fabrieken)
Zelfstandig naamwoord
  • industrieel bedrijf waarin op grote schaal stoffen of goederen worden geproduceerd
"[op/in] de fabriek [werken]"

Hyperoniemen

fabriek
Zelfstandig naamwoord
  • plaats waar op industriële schaal productie bedreven wordt

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Honderden mensen werken in die fabriek.
  2. Ze moesten driehonderd mannen ontslaan in de fabriek.
  3. Dankzij de technische innovatie, is de maximale productie van de fabriek verdubbeld.
  4. Ons bedrijf is van plan een nieuwe chemische fabriek te bouwen in Rusland.
  5. Af fabriek
  6. Naam van de fabriek
  7. Fabriek/installatie (uitrusting)
  8. Plaats van de fabriek
  9. Erkende fotografische fabriek
  10. Registratienummer van de fabriek
  11. „verhuur van een fabriek
  12. Erkende fotografische fabriek
  13. Bouwwerkzaamheden voor chemische fabriek
  14. Bouwwerkzaamheden voor fabriek
  15. Registratienummer van de fabriek