Betekenis van:
farce
farce
Zelfstandig naamwoord
- een lachwekkende vertoning
"Dat optreden van die twee oude vrouwen was een farce."
farce (de ~ | meervoud farcen, farces)
Zelfstandig naamwoord
- niet serieuze vertoning; schijnvertoning
"volgens de bewoners is de bouwstop een farce"
Synoniemen
Hyperoniemen
farce (de ~ | meervoud farcen, farces)
Zelfstandig naamwoord
- vulsel voor gevogelte, vlees enz.