Betekenis van:
fiatteren
fiatteren
Werkwoord
- goedkeuren; akkoord gaan; toestaan; na keuring in orde bevinden
Synoniemen
- goedvinden
- sanctioneren
- goedkeuren
- het eens zijn
- overeenstemmen
- samengaan
- accorderen
- stroken
- bijeenpassen
- rijmen
- kloppen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Voorbeeldzinnen
- het proces dat de instelling toepast voor het fiatteren van risicowaarderingsmodellen en waarderingssystemen die door het personeel in de handelsafdelingen en de afdeling administratieve verwerking gebruikt worden;
- „Certificeringsinstantie”: een persoon of dienst die functioneel onafhankelijk is van de diensten die bij de verantwoordelijke autoriteit de uitgaven fiatteren en van instanties waaraan taken zijn overgedragen, en die door de lidstaat krachtens artikel 24, lid 2, van Beschikking 2004/904/EG is belast met het certificeren van de uitgavendeclaraties.
- „Controleautoriteit”: een persoon of dienst die functioneel onafhankelijk is van de diensten die bij de verantwoordelijke autoriteit de uitgaven fiatteren en van instanties waaraan taken zijn overgedragen, en die door de lidstaat krachtens artikel 25, lid 1, onder a), van Beschikking 2004/904/EG is belast met het certificeren van controles en audits van maatregelen.