Betekenis van:
flamingo

flamingo
Zelfstandig naamwoord
  • een roze reigerachtige waadvogel met een haakvormige snavel uit de familie ''Phoenicopteridae''
"Hij is aangenomen als verzorger van de flamingo's."
flamingo
Zelfstandig naamwoord
  • een roze reigerachtige waadvogel met een haakvormige snavel uit de familie ''Phoenicopteridae''
"Hij is aangenomen als verzorger van de flamingo's."
flamingo (de ~ | meervoud flamingo's)
Zelfstandig naamwoord
  • lange vogel op dunne poten

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Rode flamingo