Betekenis van:
flikkeren
flikkeren
Werkwoord
- afwisselend meer en minder of helemaal geen licht geven of terugkaatsen
"De lampjes blijven flikkeren."
flikkeren
Werkwoord
- vallen
"Hij is van de trap geflikkerd."
flikkeren
Werkwoord
- gooien
"Flikker die PC het raam uit."
flikkeren
Werkwoord
- geslachtgemeenschap hebben, i.h.b. van homosexuelen