Betekenis van:
fokken
fokken
Werkwoord
- dieren houden om ze te laten voortplanten
"Een aantal boeren in deze streek fokt nu ook parelhoenders."
fok (de ~ | meervoud fokken)
Zelfstandig naamwoord
- hulpmiddel bij het kijken; (informeel) bril
"de fok erbij opzetten"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- Fokken
- Fokken Mesten
- Intensief fokken van mestvarkens
- Fokken van varkens
- Fokken van andere dieren
- Fokken van pluimvee
- Fokken van melkvee
- Fokken Mesten Slacht
- Intensief fokken van zeugen
- Fokken van schapen en geiten
- fokken en houden van dieren;
- Fokken: voor fok- en gebruiksdieren.
- Fokken Gezelschapsdieren Erkende organisatie Quarantaine
- het fokken van struisvogels, emoes en konijnen;
- inscharen, fokken, houden of mesten van dieren;