Betekenis van:
frauderen
frauderen
Werkwoord
- zwendelen
"voor miljoenen frauderen"
"op grote schaal frauderen"
Synoniemen
Hyperoniemen
frauderen
Werkwoord
- gelden wederrechtelijk ontvreemden
"Er is bij die zaak grof gefraudeerd."
Voorbeeldzinnen
- Verliezen als gevolg van door een derde partij gestelde handelingen met de bedoeling te frauderen, eigendommen te verduisteren of de wet te ontduiken
- Uit onderzoek door deskundigen is gebleken dat pogingen tot fraude met het tachograafsysteem schering en inslag zijn in voertuigen die met analoge tachografen zijn uitgerust; nu worden echter ook pogingen ondernomen om te frauderen met het systeem van digitale tachografen.
- Verliezen als gevolg van handelingen waarbij ten minste één interne partij betrokken is en waarmee wordt beoogd te frauderen, eigendommen te verduisteren of wet- of regelgeving of het ondernemingsbeleid te ontduiken of te omzeilen, met uitzondering van gebeurtenissen voortvloeiend uit ongelijkheid/discriminatie