Betekenis van:
frees
frees (de ~ | meervoud frezen)
Zelfstandig naamwoord
- werktuig om uit te hollen
"met behulp van frezen wordt het wegdek afgeslepen"
"het is de kunst met de frees precies in de naad te blijven"
Hyperoniemen
frees (de ~ | meervoud frezen)
Zelfstandig naamwoord
- landbouwwerktuig
"na het ploegen hanteert de bietenboer de frees"
Hyperoniemen
Hyponiemen
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- Schaaf-, frees- en profileermachines voor hout, kurk, been, enz.