Betekenis van:
gebonden
gebonden
Bijvoeglijk naamwoord
- dik vloeibaar; op gelei gelijkend; van vloeistof; stroopachtig
"gebonden soep"
"gebonden saus"
Synoniemen
Hyperoniemen
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- Hij lag daar met zijn benen samen gebonden.
- Hij lag daar met zijn benen samen gebonden.
- Gebonden textielvlies:
- van gebonden textielvlies
- van gebonden textielvlies
- van gebonden textielvlies
- Gebonden en heldere soepen
- Met fosforylcellulose gebonden kleurstof
- Het bestaat uit „gebonden” stroomproducenten en „gebonden” distributienetwerken.
- Met DEAE-cellulose gebonden kleurstof
- van vilt of gebonden textielvlies
- Niet aan een bepaalde sector gebonden
- Extinctieverhouding van met DEAE-cellulose gebonden kleurstof
- van vilt of van gebonden textielvlies
- Zij zijn aan geen enkele aanwijzing gebonden.