Betekenis van:
gebruikelijk

gebruikelijk
Bijvoeglijk naamwoord
  • naar gewoonte, zoals men regelmatig doet
"De gebruikelijkste wijze van optreden in zo'n geval is zich snel te verontschuldigen."
gebruikelijk
Bijvoeglijk naamwoord
  • waaraan men gewend is
"zoals gebruikelijk is"
"de gebruikelijke plichtplegingen"

Synoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Olifanten in Thailand zijn net zo gebruikelijk als kangoeroes in Australië.
  2. Denk wat je wil, maar in het openbaar voeg je je naar wat gebruikelijk is
  3. Gebruikelijk laboratoriumglaswerk.
  4. Gebruikelijk zijn Ethernet, WiFi (802.11) en Bluetooth.
  5. Gebruikelijk zijn Ethernet, 802.11 en Bluetooth.
  6. een PIL en een MBR (zoals gebruikelijk);
  7. Incubeer daartoe beide monsters zoals gebruikelijk in BPW.
  8. De parlementaire onschendbaarheid beperken tot wat in Europa gebruikelijk is.
  9. De betrokkene heeft langer dan gebruikelijk gewerkt als gevolg van:
  10. De betrokkene heeft korter dan gebruikelijk gewerkt als gevolg van:
  11. Derhalve wordt slechts het gegarandeerde minimumrendement (gebruikelijk 0 %) bestreken.
  12. HPLC wordt zoals gebruikelijk voor de analyse van suikers uitgevoerd.
  13. Voorfinanciering is niet gebruikelijk in de auto-industrie, vooral niet bij een onderneming in moeilijkheden.
  14. Griekenland en HSY benadrukken dat de leningsvoorwaarden op het betreffende moment gebruikelijk waren.
  15. Zoals in de Gemeenschap gebruikelijk was de duur van het NOT betreffende dumping één jaar.