Betekenis van:
gedijen

gedijen
Werkwoord
  • voorspoedig groeien
"Suikerriet gedijt uitstekend in dat warme, vochtige klimaat."

Voorbeeldzinnen

  1. Zebravinken gedijen goed in leefruimten in de openlucht op voorwaarde dat zij waar passend kunnen beschikken over schuilplaatsen en slaapnesten.
  2. Omdat de meeste vissoorten niet goed gedijen in water met een hoge concentratie zwevende deeltjes, dient deze concentratie tot een aanvaardbaar niveau te worden beperkt.