Betekenis van:
gelukzaligheid

gelukzaligheid (de ~ | meervoud gelukzaligheden)
Zelfstandig naamwoord
  • hoogste staat van heerlijkheid; opperste zaligheid; gelukzaligheid
"in een toestand van opperste gelukzaligheid"
"de gelukzaligheid bereiken"

Synoniemen

Hyperoniemen