Betekenis van:
gemeenschappelijk
gemeenschappelijk
Bijvoeglijk naamwoord
- gezamenlijk; met z'n allen; gemeenschappelijk; mbt. de EU
"een gemeenschappelijke keuken"
"in gemeenschappelijk overleg"
Synoniemen
gemeenschappelijk
Bijvoeglijk naamwoord
- waar alle leden van een gemeenschap gebruik van kunnen maken
"Dit zijn de gemeenschappelijke douches."
gemeenschappelijk
Bijvoeglijk naamwoord
- waar alle leden van een gemeenschap aan meedoen
"Dit is een gemeenschappelijk project."
gemeenschappelijk
Bijvoeglijk naamwoord
- gerelateerd aan meer dan een entiteit
"Dat is een gemeenschappelijke vriend van hun."
Voorbeeldzinnen
- Het zwembad wordt gemeenschappelijk gebruikt door alle kinderen in de buurt.
- Gemeenschappelijk controlecomité
- Gemeenschappelijk leren
- Gemeenschappelijk onderzoek
- Gemeenschappelijk reisgebied
- Gemeenschappelijk optreden
- Gemeenschappelijk controleorgaan
- Gemeenschappelijk landbouwbeleid
- REGELINGEN VOOR GEMEENSCHAPPELIJK DOUANEVERVOER
- Communautaire invoervergunning — Gemeenschappelijk formulier
- Gemeenschappelijk project 1
- GEMEENSCHAPPELIJK BUITENLANDS EN VEILIGHEIDSBELEID
- COMMUNAUTAIR OF GEMEENSCHAPPELIJK DOUANEVERVOER
- „gemeenschappelijk systeem voor bioveiligheidsmanagement”
- Gemeenschappelijk gefinancierde bijkomende kosten: