Betekenis van:
geneesmiddel
geneesmiddel
Zelfstandig naamwoord
- een chemische stof die een bepaalde, gewenste werking op het (dierlijk of menselijk) lichaam uitoefent
Voorbeeldzinnen
- Het effect van het geneesmiddel was bewonderenswaardig.
- Oorspronkelijk geneesmiddel
- Geneesmiddel voor gentherapie
- Geneesmiddel voor somatische celtherapie
- het geneesmiddel schadelijk is, of”;
- Doel: Behandeling van oogzweren (antiviraal geneesmiddel).
- in geval van vergelijking van een opnieuw geformuleerd geneesmiddel voor diergeneeskundig gebruik met het bestaande geneesmiddel;
- Som van oorspronkelijk geneesmiddel en zijn 4-epimeer
- de gronden waarop het geneesmiddel in wezen gelijkwaardig wordt geacht;
- wanneer wordt overwogen de verstrekking van een geneesmiddel te verbieden;
- Het geneesmiddel niet langer dan 1 week gebruiken.
- Som van oorspronkelijk geneesmiddel en zijn 4-epimeer
- een risicomanagementsysteem voor elk geneesmiddel ten uitvoer brengen;
- Er moet een beschrijving worden gegeven van de fysieke eigenschappen en prestaties van het geneesmiddel en van de methoden voor het ontwerpen van het geneesmiddel.
- over het geneesmiddel voor geneeskundig gebruik, noch over een ander geneesmiddel dat dezelfde werkzame stof bevat, zijn in het verleden veelvuldig ernstige bijwerkingen gemeld;