Betekenis van:
gezinshoofd

gezinshoofd (het ~ | meervoud gezinshoofden)
Zelfstandig naamwoord
  • leider v.e. gezin
"de vrijheid van het gezinshoofd"
"man en vrouw kunnen gezinshoofd worden"

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. Alleen vermelden wanneer de gezinsleden een ander adres hebben dan het gezinshoofd.