Betekenis van:
gondel

gondel (de ~ | meervoud gondels)
Zelfstandig naamwoord
  • werkbak voor glazenwassers etc.
"door de wind kwam de gondel gevaarlijk dicht bij de vensters"

Hyperoniemen

gondel (de ~ | meervoud gondels)
Zelfstandig naamwoord
  • Venetiaanse kanaalboot
"een tochtje met de gondel langs het Canal Grande maken"
"een Venetiaanse gondel"

Hyperoniemen

gondel (de ~ | meervoud gondels)
Zelfstandig naamwoord
  • mandje onder een luchtballon
"een gondel verzwaren met zandzakjes"

Hyperoniemen

gondel (de ~ | meervoud gondels)
Zelfstandig naamwoord
  • cabine v.e. kabelbaan
"de gondel bracht hen naar de top van de berg"

Hyperoniemen

gondel
Zelfstandig naamwoord
  • een pleziervaartuig in Venetië
gondel
Zelfstandig naamwoord
  • bovenste gedeelte van een windturbine
gondel
Zelfstandig naamwoord
  • de cabine van een kabelbaan
gondel
Zelfstandig naamwoord
  • het schuitje van een luchtballon
gondel
Zelfstandig naamwoord
  • vrouw die tegen betaling seksuele handelingen verricht

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Het product moet worden gebruikt samen met een soortgelijke schijf met een dikte van circa 2,5 cm om een wiek met de drager van de wiek in de gondel van een zogenaamde „windturbine” te verbinden (een windmolen voorzien van een generator).