Betekenis van:
haai

haai (de ~ | meervoud haaien)
Zelfstandig naamwoord
  • grote roofvis
"de witte haai"
"naar de haaien"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

haai
Zelfstandig naamwoord
  • kraakbenige roofvis
haai
Zelfstandig naamwoord
  • bazige vrouw

Synoniemen

Hyperoniemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Hij werd aangevallen door een haai.
  2. haai
  3. Haai:
  4. Groenlandse haai
  5. Haai: kg
  6. Donkere haai
  7. Blauwe haai
  8. Groenlandse haai
  9. van haai
  10. Ruwe haai
  11. Donkere haai
  12. Zwarte haai
  13. Haai (alle soorten)
  14. Blue shark Grijze haai
  15. Shortfin mako Blauwe haai