Betekenis van:
halfgeleider
halfgeleider
Zelfstandig naamwoord
- een stof die de elektriciteit slecht of alleen in bepaalde omstandigheden geleidt
"Voor het proefwerk van woensdag moeten jullie ook enkele toepassingen van halfgeleiders kennen."
halfgeleider
Zelfstandig naamwoord
- een elektronisch onderdeel dat is opgebouwd uit halfgeleidende materialen
"Om dit toestel weer aan de praat te krijgen, moet u de halfgeleider vervangen."
Voorbeeldzinnen
- halfgeleider-"lasers", als hieronder:
- metaaloxide-halfgeleider-veldeffecttransistors (MOSFET's)
- halfgeleider-"lasers", als hieronder:
- halfgeleider-„lasers”, als hieronder:
- Halfgeleider-"lasers", als hieronder:
- Halfgeleider-„lasers” en onderdelen daarvoor, als volgt:
- Halfgeleider-"lasers" worden gewoonlijk "laser"-dioden genoemd.
- Halfgeleider-"lasers" en onderdelen daarvoor, als volgt:
- dubbel gediffundeerde metaaloxide-halfgeleider-veldeffecttransistors (DMOSFET's)
- meer dan 4 × 106"actieve pixels" per halfgeleider-«array» voor kleurencamera’s met drie halfgeleider-"arrays", of
- meer dan 12 × 106"actieve pixels" voor halfgeleider-«array» kleurencamera’s met één halfgeleider-«array»; en
- meer dan 12 × 106"actieve pixels" voor halfgeleider-«array» kleurencamera’s met één halfgeleider-«array»; en
- Afstembare halfgeleider-"lasers" en afstembare halfgeleider-"lasers" in series ("arrays"), met een golflengte van 9 μm–17 μm, alsmede stacks van arrays van halfgeleider-"lasers" die ten minste één array van afstembare halfgeleider-"lasers" met een dergelijke golflengte bevatten.
- meer dan 150000"actieve pixels" per halfgeleider-«array»;
- Fotomaskers om schakelschemapatronen fotografisch op halfgeleider wafers over te brengen