Betekenis van:
handvat

handvat (het ~ | meervoud handvatten)
Zelfstandig naamwoord
  • greep waarbij iets aangepakt kan worden
"een bruikbaar handvat"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. Handvat
  2. Handvat (isolerend materiaal)
  3. Blik, met handvat en tuit
  4. Mand met handvat, van hout HB
  5. uitwisselbare doppen van dopsleutels, ook indien met handvat
  6. Uitwisselbare doppen van dopsleutels, ook indien met handvat
  7. Mand met handvat, van kunststof HA Mandfles (wickerbottle) WB
  8. Blik, met handvat en tuit CD Blik, rechthoekig (can, rectangular) CA Blok LG
  9. Telescopisch handvat van aluminium, bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van koffers [1]
  10. Moersleutels (handgereedschap), dynamometrische moersleutels en inbussleutels daaronder begrepen; uitwisselbare doppen van dopsleutels, ook indien met handvat
  11. De meetapparatuur bestaat uit twee delen: een handvat en een meetgedeelte waarin zich de meetcel bevindt (zie figuur 2).
  12. draagtassen van kunststof in vellen, ook indien bedrukt, met handvat, niet geschikt voor herhaald gebruik (post 3923);
  13. Een handpallettruck bestaat uit vier hoofdonderdelen: het chassis (van staal), de hydraulische onderdelen, het handvat en de wielen.
  14. gemonteerde geraamten voor paraplu’s of voor parasols, ook indien voorzien van stok of naald, al dan niet met knop of handvat
  15. Dat het netwerk zich ook met conventionele wapens zal bezighouden, biedt een uitstekend handvat voor dialoog en aanbevelingen voor EU-optreden op dit gebied, binnen het kader van de uitvoering van de EU-SALW-strategie en het EU-beleid inzake conventionele wapens.