Betekenis van:
heks

heks
Zelfstandig naamwoord
  • een persoon, meestal een vrouw, aan wie bovennatuurlijke krachten worden toegeschreven
"In de middeleeuwen werd er in heksen geloofd."
heks (de ~ | meervoud heksen)
Zelfstandig naamwoord
  • valse vrouw in sprookjes en mythen die kan toveren
"de heks vloog vliegensvlug weg op haar bezemsteel"
"een klein heksje"

Synoniemen

Hyperoniemen

heks
Zelfstandig naamwoord
  • iem. die er van verdacht werd een pact met de duivel gesloten te hebben

Hyperoniemen

heks
Zelfstandig naamwoord
  • vrouw die kwaad, lastig en nijdig is

Synoniemen

Hyperoniemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Ze is werkelijk een heks!