Betekenis van:
hemel

hemel (de ~ | meervoud hemelen)
Zelfstandig naamwoord
  • volgens religie de rustplaats na de dood; hemel in het hiernamaals
"in 's hemels naam"
"een hemel op aarde hebben"

Synoniemen

Hyperoniemen

hemel (de ~ | meervoud hemels)
Zelfstandig naamwoord
  • overspanning boven een bed
"aan de wieg zit een mooi hemeltje van zachtgele stof"

Synoniemen

Hyperoniemen

hemel
Zelfstandig naamwoord
  • lucht, onmetelijke ruimte die overal op aarde bovenaan zichtbaar is
hemel
Zelfstandig naamwoord
  • hiernamaals, het leven na de dood

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. De hemel is blauw.
  2. Is de hemel blauw? Ja.
  3. Sterren stralen aan de hemel.
  4. Waarom is de hemel blauw?
  5. De hemel is bezaaid met sterren.
  6. Zijn ziel was in het hemel.
  7. Er staan miljarden sterren aan de hemel.
  8. Lieve hemel, wat een enorme doos!
  9. Wolken zweefden aan de blauwe hemel.
  10. Hoe kan ik in de hemel komen?
  11. Bijna elke dag is de hemel helderblauw.
  12. De hemel is onder onze voeten alsmede boven onze hoofden.
  13. Er is geen enkele wolk aan de hemel.
  14. Er is geen enkele wolk aan de hemel.
  15. In het begin schiep God de hemel en de aarde.