Betekenis van:
hernieuwen

hernieuwen
Werkwoord
  • opnieuw doen, vernieuwen, weer nieuw maken
"In 781 eiste Karel de Grote dan ook dat hij naar Worms moest komen om zijn eed van trouw als vazal te hernieuwen."
hernieuwen
Werkwoord
  • door nieuwe kracht weer nieuw maken, nieuw leven inblazen
hernieuwen
Werkwoord
  • renoveren

Voorbeeldzinnen

  1. De lidstaat van oorsprong kan het mandaat hernieuwen.
  2. Het is daarom noodzakelijk twee nieuwe leden te benoemen en de ambtsperiode van enkele zittende leden te hernieuwen.
  3. De lidstaten verstrekken hun burgers overeenkomstig hun wetgeving een identiteitskaart of een paspoort waarin hun nationaliteit is vermeld, en hernieuwen deze bescheiden.
  4. Bovendien worden producenten geconfronteerd met concurrentiedruk aangezien ze hun termijncontracten gedurende de levensduur van hun productiemiddelen een groot aantal malen moeten hernieuwen en hun aanbiedingen derhalve aanpassen aan de concurrentieontwikkelingen.
  5. NOTA NEMEND VAN het feit dat in de gezamenlijke politieke verklaring van Canada en de EU en het actieplan, welke op 17 december 1996 zijn goedgekeurd, wordt opgemerkt dat, om hun banden, die gebaseerd zijn op gemeenschappelijke culturen en waarden, te hernieuwen, de partijen de contacten tussen hun burgers op elk niveau, vooral onder hun jongeren, zullen aanmoedigen, en dat het aan de verklaring gehechte gezamenlijke actieplan de partijen aanmoedigt hun samenwerking verder uit te bouwen via de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Canada tot vaststelling van een samenwerkingsprogramma op het gebied van het hoger onderwijs en de beroepsopleiding, die in 1996 is geratificeerd;