Betekenis van:
houdbaar

houdbaar
Bijvoeglijk naamwoord
  • een zekere tijd bestand tegen bederf
"De moderne verwerking van verse melk maakt een veel houdbaarder product mogelijk."
houdbaar
Bijvoeglijk naamwoord
  • te bewaren
"houdbare melk/producten"
"lang(er)/(on)beperkt/dagen/weken/maanden/jaar houdbaar"
houdbaar
Bijvoeglijk naamwoord
  • te (ver)dragen; verdedigbaar
"deze bewering/stelling is niet houdbaar"

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Tenminste houdbaar tot 01-09-2010.
  2. Houdbaar
  3. De oplossing is zo één maand houdbaar.
  4. De oplossing is drie maanden houdbaar.
  5. Dit reagens is een week houdbaar.
  6. Beschuit, biscuit en ander houdbaar banketbakkerswerk
  7. Deze helderrode oplossing is onbeperkt houdbaar.
  8. Ten minste houdbaar tot (dd/mm/jj)
  9. Het reagens is slechts twee weken houdbaar.
  10. De oplossing is ongeveer één week houdbaar.
  11. Gedurende maximaal vier weken houdbaar bij -18 oC.
  12. Vervaardiging van beschuit en biscuit en van ander houdbaar banketbakkerswerk
  13. Verder zijn prijzen waarbij verlies wordt geleden op middellange of lange termijn waarschijnlijk niet houdbaar.
  14. Ten minste houdbaar tot de op het etiket vermelde datum, geschreven als dd/mm/jj.
  15. Door biodiesel met minerale diesel te mengen is biodiesel langer houdbaar.