Betekenis van:
houder
houder (de ~ | meervoud houders)
Zelfstandig naamwoord
- ding om iets in te bewaren
"een vlaggenstok met houder"
Hyperoniemen
Hyponiemen
houder (de ~ | meervoud houders)
Zelfstandig naamwoord
- bezitter
"hij is nog altijd houder van het wereldrecord op de 800 meter"
"de houder van [een aandeel]"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Voorbeeldzinnen
- Houder
- Houder
- houder:
- Houder
- De houder
- de houder;
- Aangever/TIR-houder (50)
- KOPIE voor de houder
- Aantal andere koeien/houder
- Ooien, gedekte ooilammeren/houder
- Vermeldingen betreffende de houder
- Bevraging voertuig/eigenaar/houder
- handtekening van de houder;
- foto van de houder;
- Houder van het voertuig