Betekenis van:
houthandel

houthandel (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • de handel in hout

Hyperoniemen

houthandel
Zelfstandig naamwoord
  • winkel die hout verkoopt

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Gezien de ernstige bedreiging die het dennenaaltje voor naaldgewassen- en bossen vormt, de snelheid waarmee de ziekte zich verspreidt, de geringe afstand tussen het besmette gebied en een andere lidstaat en de mogelijke gevolgen voor de Europese bosbouw en de internationale houthandel, is aan genoemde voorwaarde voldaan, voor zover het de maatregelen in verband met de aanleg van een in het Portugese plan beoogde vrijgekapte zone betreft.