Betekenis van:
immuniteit
immuniteit (de ~ | meervoud immuniteiten)
Zelfstandig naamwoord
- onschendbaarheid
"de immuniteit opheffen"
"immuniteit genieten"
Hyperoniemen
Hyponiemen
immuniteit (de ~)
Zelfstandig naamwoord
- onvatbaarheid voor ziekte
"immuniteit tegen [rode hond/pokken]"
"immuniteit verwerven"
Hyperoniemen
Hyponiemen
immuniteit
Zelfstandig naamwoord
- onvatbaarheid voor een ziekte
Voorbeeldzinnen
- Immuniteit
- Immuniteit krachtens punt 23
- Immuniteit — Punt 8 a)
- Tabel 1: immuniteit van ESE's
- Punt 8, onder a) — Immuniteit
- Mueller genoot daarom volledige immuniteit van geldboetes.
- PROEFMETHODE VOOR DE ELEKTROMAGNETISCHE IMMUNITEIT VAN VOERTUIGEN
- Immuniteit en recht om niet te getuigen
- Artikel 6 Opheffing van de immuniteit
- Concreet genieten zij bewegingsvrijheid, onschendbaarheid en immuniteit.
- Het verzoek van Deltafina voor boete-immuniteit
- Aantal functionarissen dat immuniteit geniet terugbrengen, en immuniteit verlenen overeenkomstig de internationale regels en praktijken.
- Specificaties betreffende de immuniteit van ESE's voor elektromagnetische straling
- Specificaties betreffende de immuniteit van voertuigen voor elektromagnetische straling
- Specificaties betreffende de immuniteit voor transiënte geleidingsverschijnselen langs stroomtoevoerkabels