Betekenis van:
inbegrepen

inbegrepen
Bijvoeglijk naamwoord
  • incluis
"inbegrepen zijn bij [iets]"
"alles inbegrepen"
inbegrepen
Bijvoeglijk naamwoord
  • erbij horend, erbij geteld
"Volpension betekent dat alle maaltijden zijn inbegrepen."

Voorbeeldzinnen

  1. inbegrepen
  2. Inbegrepen zijn:
  3. Niet inbegrepen zijn eendagskuikens.
  4. Inbegrepen zijn voorts:
  5. Nettofinancieringsschuld (leasing niet inbegrepen)
  6. Buitengewone resultaten niet inbegrepen.
  7. terugbetaalde brutobedragen (rente inbegrepen)
  8. Buitengewone kosten niet inbegrepen.
  9. Niet inbegrepen zijn:
  10. route, terminalprocedures niet inbegrepen,
  11. Aantal bladzijden (deze bladzijde inbegrepen) …
  12. Bodemoppervlak, de ligplanken niet inbegrepen.
  13. Aantal bladzijden (deze bladzijde inbegrepen) …
  14. Remcilinders (veerremcilinders of hydraulische remcilinders inbegrepen)
  15. Het herverzekeringsbedrijf is hierbij niet inbegrepen.