Betekenis van:
invoeren

invoeren
Werkwoord
  • iets nieuws introduceren
"Wordt het niet eens tijd om een nieuwe stijl in te voeren."
invoeren
Werkwoord
  • (goederen) uit een ander gebied of land aanvoeren
"veevoeder/computers/sterke drank invoeren"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

invoeren
Werkwoord
  • gegevens in een elektronisch apparaat stoppen
"Voer jij deze waarden even in?"
invoeren
Werkwoord
  • ergens in leiden, inbrengen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Invoeren van eigennamen
  2. Invoeren van gegevens
  3. invoeren van een alias;
  4. Invoeren van een alias
  5. het invoeren van gegevens (opslag),
  6. voor eenvormige visa het opvulteken < invoeren.
  7. invoeren van een forfaitaire belastingheffing voor zelfstandigen;
  8. invoeren van de eigenschappen van de trein.
  9. PB: datum invoeren waarop het besluit is vastgesteld.
  10. De ICM kan worden gebruikt voor het invoeren van betalingsopdrachten.
  11. het invoeren of uitvoeren van waren onder het teken;
  12. maximale deeltjesgrootte vóór het invoeren in de installatie: 12 mm;
  13. het invoeren of uitvoeren van waren onder het teken;
  14. De nodige garanties betreffende concurrentie op de markt invoeren.
  15. maximale deeltjesgrootte vóór het invoeren in de composteerreactor: 12 mm;