Betekenis van:
inzicht
inzicht
Zelfstandig naamwoord
- het doorhebben hoe iets in elkaar zit
"Hij heeft een goed inzicht in schaak."
inzicht
Zelfstandig naamwoord
- het inzien van iets
"Hij kreeg inzicht in een paar van de belangrijkste documenten."
Voorbeeldzinnen
- Na de daad komt de dwaas tot inzicht
- Door er één te straffen, kan men er honderd tot beter inzicht brengen
- inzicht in toezichthoudende taken;
- inzicht in beveiligingsbeginselen;
- Onvoldoende inzicht in de verbintenis
- inzicht in factoren die de menselijke prestaties beïnvloeden;
- beter inzicht in de communautaire en nationale procedures;
- inzicht in de rol en bevoegdheden van de auditor.
- De dynamische modellering moet een inzicht geven in:
- blijk te geven van goed inzicht en vliegerschap;
- De lidstaten kunnen het aantal en de vorm van de proefvlakken naar eigen inzicht vaststellen.
- meer inzicht in goederenbewegingen en in de methoden die gebruikt worden om de exportcontrole te omzeilen;
- Farmacologisch onderzoek kan echter tevens bijdragen tot het verkrijgen van een beter inzicht in toxicologische verschijnselen.
- Inzicht in het werkingsmechanisme is dus een cruciale stap in het evaluatieproces.
- De directie heeft een goed inzicht in de opzet en de werking van de ratingsystemen.