Betekenis van:
kalmeren

kalmeren
Werkwoord
  • kalm maken
"De groepsleider kalmeerde de jongen."
kalmeren
Werkwoord
  • kalm worden
"De storm is gelukkig wat gekalmeerd."
kalmeren
Werkwoord
  • kalmeren; bedaren
"een sigaret roken om een beetje te kalmeren"
"het weer/de sfeer/de klas is weer wat gekalmeerd"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

kalmeren
Werkwoord
  • ''zich ~ '': zich kalmeren

Voorbeeldzinnen

  1. Muziek heeft de charme om een wild beest te kalmeren.