Betekenis van:
kandijsuiker

kandijsuiker
Zelfstandig naamwoord
  • brokken suiker, meestal bruingelig van kleur, wordt verkregen door onder langzame afkoeling, in een warme suikeroplossing, suikerkristallen te laten groeien
kandijsuiker
Zelfstandig naamwoord
  • gekristalliseerde suiker, kandijklontjes

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. kandijsuiker,
  2. kandijsuiker
  3. kandijsuiker”: suiker die:
  4. Daarom moet een nauwkeurige definitie van kandijsuiker worden vastgesteld.
  5. Deze bovengrens geldt evenwel niet voor de vast te stellen restituties bij uitvoer van kandijsuiker.
  6. Gezien de hoge zuiverheid van de gebruikte grondstoffen, moet de restitutie voor kandijsuiker zo dicht mogelijk bij die voor witte suiker liggen.
  7. Kandijsuiker, die uit witte suiker of uit geraffineerde ruwe suiker wordt vervaardigd, heeft heel vaak een polarisatiegraad van minder dan 99,5 %.
  8. Kandijsuiker werd omschreven in Verordening (EG) nr. 2135/95 van de Commissie van 7 september 1995 inzake uitvoeringsbepalingen voor de toekenning van uitvoerrestituties in de sector suiker [2].