Betekenis van:
kapitein

kapitein (de ~ | meervoud kapiteins)
Zelfstandig naamwoord
  • baas op een schip
"de kapitein van de Zeekameel"
"er is maar één kapitein op een schip"

Synoniemen

Hyperoniemen

kapitein (de ~ | meervoud kapiteins)
Zelfstandig naamwoord
  • militair officier, een rang hoger dan 1e luitenant, bevelhebber over een compagnie of een batterij

Hyperoniemen

kapitein
Zelfstandig naamwoord
  • gezaghebber op een schip
kapitein
Zelfstandig naamwoord
  • een rang in de hiërarchie net boven die van luitenant

Voorbeeldzinnen

  1. Hij werd kapitein gemaakt.
  2. Ze kozen Peter als kapitein.
  3. Een majoor staat boven een kapitein.
  4. Elk schip heeft een kapitein nodig.
  5. Plots verliet de kapitein het schip.
  6. Kapitein
  7. kapitein („kapitán”);
  8. Handtekening kapitein
  9. kapitein AM („Kapitän AM”);
  10. Naam van de kapitein:
  11. Kapitein Anselme Séka Yapo
  12. (Handtekening van de kapitein)
  13. kapitein produktieplatform (plattformsjef),
  14. Naam kapitein sleepvaartuig/transportvaartuig:
  15. Inspectierapport aan de kapitein