Betekenis van:
kenteken
kenteken
Zelfstandig naamwoord
- een teken waaraan iets of iemand herkenbaar is
"Bijzondere kentekens werden door de medewerker genoteerd."
kenteken (het ~ | meervoud kentekens)
Zelfstandig naamwoord
- registratienummer v.e. auto
"een grijs/geel kenteken"
"met kenteken [LN-NF-37]"
Synoniemen
Hyperoniemen
kenteken
Zelfstandig naamwoord
- een nummer van een gemotoriseerd voertuig
"Het kenteken van de auto was niet goed leesbaar."
kenteken (het ~ | meervoud kentekenen)
Zelfstandig naamwoord
- karakteristieke eigenschap
"uiterlijke kentekenen"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Voorbeeldzinnen
- KENTEKEN:
- Kenteken
- (kenteken van het voertuig)
- het kenteken en/of
- auto, autobus: kenteken
- kenteken en land van registratie;
- Kenteken- of registratienummer(s):7.3.
- Kenteken- of registratienummer(s):7.3.
- Alleen het voertuig met kenteken (voertuigregistratienummer, VRN)
- Reisgegevens (bv. vluchtnummer, vluchtdatum, naam schip, kenteken);
- Vissersvaartuigen zonder IMO-nummer vermelden hun extern kenteken.
- Kenletters van het land en kenteken van het voertuig …
- het kenteken of, voor vaartuigen, de naam (facultatieve vermeldingen)
- Registratienummer(s)/kenteken(s), naam van het schip of vluchtnr.:…7.7.
- De bevraging mag uitsluitend met gebruikmaking van een volledig chassisnummer of een volledig kenteken worden gedaan.