Betekenis van:
kleinigheid
kleinigheid
Zelfstandig naamwoord
- zaak van weinig belang
Synoniemen
- allotria
- bagatel
- beuzelarij
- bijzaak
- futiliteit
- onbenulligheid
- peanuts
- peulenschil
- wissewasje
- peuleschil
- detail
Hyperoniemen
kleinigheid
Zelfstandig naamwoord
- laag geldbedrag; te klein geldbedrag; kleinigheid aan geld