Betekenis van:
kolen

kolen (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • zwarte, fossiele brandstof; stukken steenkool; fossiele brandstof
"stoken op kolen"
"kolen stoken"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

kool (de ~ | meervoud kolen)
Zelfstandig naamwoord
  • bepaalde groente
"witte/rode/Chinese kool"
"het sop is de kool niet waard"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. Ik zat op hete kolen.
  2. We hebben de kolen opgemaakt.
  3. De kolen gloeide in het vuur.
  4. Tom verbrandt zowel hout als kolen in zijn kachel.
  5. Sinds 1950 verenigen Europese landen zich economisch en politiek in de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal om te zorgen voor een blijvende vrede.
  6. Schone technologie voor kolen
  7. verbranding van kolen.
  8. onder kolen wordt verstaan:
  9. Onderzoeksdoelstellingen voor kolen
  10. waarvan: uit kolen
  11. Waarvan: uit kolen
  12. omzetting van kolen;
  13. Teerbasen, kolen, destillatieresiduen; gedestilleerde teerbasen
  14. Gestookt met kolen of kolenproducten
  15. Definities van kolen en staal