Betekenis van:
kostuum
kostuum (het ~ | meervoud kostuums)
Zelfstandig naamwoord
- pak van broek, jas en vest voor mannen
"een kostuum dragen"
"een driedelig kostuum"
Hyperoniemen
Hyponiemen
kostuum
Zelfstandig naamwoord
- de kleding van iemand die bij een bepaalde activiteit, een ambt of een toneelrol hoort
"Wat een mooi kostuum heb je aan!"
kostuum
Zelfstandig naamwoord
- een stel kleren, een jas, een broek en een vest voor mannen
"We moesten daar in kostuum heen."
Voorbeeldzinnen
- Waar heb je je nieuwe kostuum laten maken?