Betekenis van:
krammen

kram (de ~ | meervoud krammen)
Zelfstandig naamwoord
  • haakje waarmee wonden gedicht worden
"krammen verwijderen"
"krammetjes aanbrengen"

Synoniemen

Hyperoniemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Andere draadnagels, spijkers, krammen en dergelijke artikelen
  2. draadnagels, spijkers, punaises, aangepunte krammen en dergelijke artikelen
  3. CPA 25.93.14: Draadnagels, spijkers, krammen en dergelijke artikelen
  4. Draadnagels, spijkers, punaises, krammen e.d., geheel of gedeeltelijk van koper
  5. draadnagels, spijkers, aangepunte krammen, schroeven, bouten, moeren, haken met schroefdraad, klinknagels en klinkbouten, splitpennen, spiebouten, spieën, sluitringen en dergelijke artikelen
  6. Draadnagels, spijkers, punaises, aangepunte krammen, gegolfde krambanden en dergelijke artikelen, van gietijzer, van ijzer of van staal, ook indien met een kop van andere stoffen, doch met uitzondering van die met een koperen kop
  7. Draadnagels, spijkers, punaises, aangepunte krammen en dergelijke artikelen, van koper of met schacht van ijzer of van staal en een koperen kop; schroeven, bouten, moeren, schroefhaken, klinknagels en klinkbouten, splitpennen en splitbouten, stelpennen en stelbouten, spieën, sluitringen (veerringen en andere verende sluitringen daaronder begrepen) en dergelijke artikelen, van koper