Betekenis van:
lamlendig

lamlendig
Bijvoeglijk naamwoord
  • beroerd, bedrukkend
"Het werd een lamlendige zondagnamiddag."
lamlendig
Bijvoeglijk naamwoord
  • zonder energie, fut om iets te ondernemen
"zich lamlendig voelen"

Synoniemen

Hyperoniemen

lamlendig
Bijvoeglijk naamwoord
  • lui, passief, futloos en zonder inspiratie