Betekenis van:
levenslang
levenslang
Bijvoeglijk naamwoord
- een heel leven durend, tot de dood durend
"Hij heeft een levenslange gevangenisstraf gekregen."
Voorbeeldzinnen
- Hij zat in de gevangenis met levenslang.
- Tom werd tot levenslang zonder voorwaardelijke vrijlating veroordeeld.
- Tom werd tot levenslang zonder voorwaardelijke vrijlating veroordeeld.
- Levenslang leren
- Levenslang leren op het platteland
- Het EVF kan tevens steun verlenen voor levenslang leren.
- Steun krachtens lid 1 kan bijdragen tot levenslang leren.
- Ondernemerschap moet vanaf de schoolbanken in levenslang leren geïntegreerd worden.
- Voor elk dier dient levenslang een gezondheidsregister te worden bijgehouden.
- Meer en doelmatiger investeren in menselijk kapitaal en levenslang leren:
- Ondernemerschap moet vanaf de schoolbanken in levenslang leren geïntegreerd worden.
- Ten hoogste 6 maanden, maar levenslang bij blijvende verstoring van het urinezuurmetabolisme
- Opvoering van de maatregelen om de kwaliteit van het onderwijs en levenslang leren te verbeteren.
- Het opbouwen van een systeem van levenslang leren dient hoog op de agenda te staan.
- Dit dient een onderdeel te zijn van een algemene strategie om levenslang leren te ontwikkelen.