Betekenis van:
lijfwacht

lijfwacht
Zelfstandig naamwoord
  • de wacht die met de bewaking van een vorst of aanzienlijk persoon belast is
"Na de bedreiging eiste de politicus van de regering een lijfwacht."
lijfwacht
Zelfstandig naamwoord
  • een lid van een lijfwacht
"Na een uitgebreide sollicitatieprocedure kon de man zich eindelijk lijfwacht van de koning noemen."
lijfwacht (de ~ | meervoud lijfwachten)
Zelfstandig naamwoord
  • lijfwacht; grote mensaap; iemand die een ander beschermt

Synoniemen

Hyperoniemen

lijfwacht (de ~ | meervoud lijfwachten)
Zelfstandig naamwoord
  • groep lijfwachten; groep mensen die iemand beschermen

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Lijfwacht van mevrouw Ghagbo.
  2. Overige informatie: a) adres is het voorgaande adres, b) chauffeur en particulier lijfwacht van Usama Bin Laden van 1996 tot 2001.”.