Betekenis van:
loopvlak

loopvlak (het ~ | meervoud loopvlakken)
Zelfstandig naamwoord
  • deel v.e. wiel(band) dat de grond raakt

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Loopvlak
  2. Loopvlak
  3. van een nieuw loopvlak voorziene luchtbanden
  4. Luchtbanden met een nieuw loopvlak, voor personenauto's
  5. „separatie van het loopvlak”, het loslaten van het loopvlak van het karkas;
  6. CPA 22.11.20: Van een nieuw loopvlak voorziene luchtbanden van rubber
  7. „afscheuren”: het loskomen van stukjes rubber van het loopvlak;
  8. Van een nieuw loopvlak voorzien van gebruikte banden
  9. Van een nieuw loopvlak voorziene luchtbanden van rubber
  10. Van een nieuw loopvlak voorziene rubberbanden voor autobussen en vrachtwagens
  11. onherstelbaar beschadigd loopvlak of zijwandmateriaal dat loslaat van het karkas;
  12. „coveren aan de bovenkant”, vervanging van het loopvlak;
  13. „coveren aan de bovenkant”, vervanging van het loopvlak;
  14. „afscheuren”, het scheiden van stukjes rubber van het loopvlak;
  15. Bij alle banden die na 1 januari 2010 van een nieuw loopvlak worden voorzien, moet dit nieuwe loopvlak nieuwe procesoliën met een laag PAK-gehalte bevatten,