Betekenis van:
mandator

mandator
Zelfstandig naamwoord
  • iem. die een opdracht geeft

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Maar ook al is Fitch ten onrechte van oordeel dat de garantie door de brief van de Commissie komt te vervallen, dan nog houdt de ratingbureau vast aan de erkenning van „de uitzonderlijke omvang van de steun die La Poste van haar mandator kan ontvangen, en de hoge mate van waarschijnlijkheid dat deze steun in voorkomend geval daadwerkelijk zal worden verleend”.