Betekenis van:
maniertje
maniertje (het ~ | meervoud maniertjes)
Zelfstandig naamwoord
- lichte gemaaktheid
"maniertjes hebben"
Hyperoniemen
maniertje (het ~ | meervoud maniertjes)
Zelfstandig naamwoord
- foefje; handigheidje; slimmigheidje; trucje; truc; handigheid; slimme streek; gemene streek; kunstje; handigheid
"hij heeft zo zijn maniertjes"
Synoniemen
- truc
- foef
- foefje
- handigheid
- kneep
- kunst-en-vliegwerk
- kunstgreep
- kunstje
- list
- slimmigheidje
- trick
- toer
- slimmigheid