Betekenis van:
naamloos
naamloos
Bijvoeglijk naamwoord
- zonder grens, zeer uitgestrekt
Synoniemen
- eindeloos
- grenzeloos
- mateloos
- nameloos
- onbeschrijfbaar
- onbeschrijfelijk
- onbeschrijflijk
- oneindig
- onmetelijk
- onnoemelijk
- onuitsprekelijk
- onzegbaar
- peilloos