Betekenis van:
nadruk
nadruk
Zelfstandig naamwoord
- een bijzondere aandacht die besteed wordt
"Hij legde de nadruk op de goede afwerking ervan."
nadruk (de ~)
Zelfstandig naamwoord
- meer nadruk op een lettergreep; klemtoon binnen een woord; klemtoon op onderdeel v.e. woord
"ergens de nadruk op leggen"
"de nadruk ligt op [de eerste lettergreep]"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Voorbeeldzinnen
- (nadruk toegevoegd).
- Nadruk toegevoegd.
- De nadruk zal liggen op:
- De nadruk wordt gelegd op het volgende:
- Meer nadruk op initieel beroepsonderwijs dan op bij- en nascholing
- De nadruk zal duidelijk liggen op de steun voor onderzoeksprojecten.
- speciale nadruk binnen de activiteit „opkomende behoeften” op interdisciplinair onderzoek;
- de fysiologische effecten van vliegen, met speciale nadruk op zuurstofgebrek.
- wetgeving inzake diervoeder: nadruk op voorschriften voor diervoederhygiëne;
- Het Comité brengt advies uit, waarbij de nadruk ligt op:
- de fysiologische effecten van vliegen, met speciale nadruk op zuurstofgebrek.
- Meer nadruk op initieel beroepsonderwijs dan op bij- en nascholing
- De nadruk zal duidelijk liggen op de steun voor onderzoeksprojecten.
- alle VN-lidstaten, met bijzondere nadruk op lidstaten die niet aan de GGE deelnemen;
- zij mag geen nadruk leggen op het hoge alcoholgehalte van dranken als positieve eigenschap.