Betekenis van:
natuur

natuur (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • niet door de mens gewijzigde omgeving of omstandigheden
"de vrije natuur"
"moeder Natuur"

Synoniemen

Hyperoniemen

natuur (de ~ | meervoud naturen)
Zelfstandig naamwoord
  • innerlijke gesteldheid van iem.
"van nature"
"de natuur is sterker dan de leer"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

natuur
Zelfstandig naamwoord
  • de oorspronkelijke, onaangeroerde verschijningsvorm van alles wat zich op, in en rond de Aarde bevindt; derhalve min of meer synoniem aan "schepping" of "wildernis". Dit staat dan tegenover cultuur, technologie, beschaving: hetgeen duidt op alles, wat de
natuur
Zelfstandig naamwoord
  • Datgene, wat de mens als natuur ziet, dus ook al is het door hemzelf als zodanig ingericht. Oftewel de oorspronkelijke wildernis en elke natuurgetrouwe nabootsing hiervan. Derhalve ook bijvoorbeeld bossen die, ookal lijken ze op de oorspronkelijke oerboss
natuur
Zelfstandig naamwoord
  • de natuur, zoals die bestudeerd en beschreven wordt door de natuurwetenschappen zoals de natuurkunde en de biologie, te vergelijken met het begrip heelal, universum of kosmos, meestal beschouwd als gezien vanuit het standpunt van een mens op de Aarde
natuur
Zelfstandig naamwoord
  • de aard van iets of iemand; het karakter of de essentie
natuur
Zelfstandig naamwoord
  • teelvocht; mannelijk zaad en geslachtsorgaan

Voorbeeldzinnen

  1. Ik hou van de natuur.
  2. Heeft een hond een Boeddha-natuur of niet?
  3. We moeten leren in harmonie leven met de natuur.
  4. Het evenwicht van de natuur is heel kwetsbaar.
  5. De natuur doet wat de natuur moet doen
  6. De natuur verdraagt geen vacuüm
  7. Gewoonte is een tweede natuur
  8. Door vuur wordt de gehele natuur vernieuwd
  9. Ik dacht altijd dat een hartaanvaal de manier was waarop de natuur je vertelt dat je moet sterven.
  10. De natuur is de leermeesteres van de kunst
  11. De dokter zorgt voor zijn patiënt, maar de natuur geneest hem
  12. Wet van de natuur" (regels in de theologie, filosofie en ethiek, ook ius naturale, "natuurrecht
  13. De twaalf dieren van de Chinese dierenriem komen van elf diersoorten die in de natuur voorkomen, met name de rat, os, tijger, konijn, slang, paard, aap, haan, hond en varken, en ook de legendarische draak; ze worden als kalender gebruikt.
  14. NATUUR EN BIODIVERSITEIT
  15. W Aan de natuur onttrokken specimens