Betekenis van:
neef
neef (de ~ | meervoud neven)
Zelfstandig naamwoord
- mannelijke afstammeling oom of tante
"een verre neef"
"neven en nichten"
Hyperoniemen
neef (de ~ | meervoud neven)
Zelfstandig naamwoord
- mannelijke afstammeling broer of zus; kind van broer of zus
"een volle neef"
"een verre neef"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
neef
Zelfstandig naamwoord
- een zoon van iemands broer of zus
neef
Zelfstandig naamwoord
- een zoon van iemands schoonbroer of schoonzus
neef
Zelfstandig naamwoord
- een zoon van iemands oom of tante
Voorbeeldzinnen
- Mijn neef is iets ouder dan ik.
- John is niet mijn broer maar mijn neef.
- Familieband (bijv.: zoon, neef, moeder)
- Band met PIFWC: neef van Stojan ZUPLJANIN
- Onderminister van Wetenschap en Technologie (NB: neef van Mugabe).
- Onderminister van Wetenschap en Technologie (NB. Neef van Mugabe)
- Band met PIFWC: neef van Stojan ZUPLJANIN (ŽUPLJANIN)
- Echtgenoot van Ma Ngeh (K1b), en neef van Aung Ko Win (J3b)
- Zhuwao, Patrick Onderminister van Wetenschap en Technologie. (NB: neef van Mugabe)
- Zhuwao, Patrick Onderminister van Wetenschap en Technologie. (NB: neef van Robert Gabriel Mugabe)
- Echtgenoot van Ma Ngeh (K1b) en neef van Aung Ko Win (J3a)
- Zhuwao, Patrick Onderminister van Wetenschap en Technologie (NB: neef van Mugabe)
- Zakenman met nauwe banden met de regering van Zimbabwe, neef van Robert Mugabe.
- Managing director van Kambawza (Kanbawza) Bank, echtgenoot van Ma Ngeh (K1b), neef van Aung Ko Win (J3a)
- geen van de volgende verwantschapsbetrekkingen tussen de partners bestaat: ouder en kind, grootouder en kleinkind, broer en zuster, tante of oom en neef of nicht, schoonzoon of schoondochter;