Betekenis van:
onbeschaamdheid

onbeschaamdheid
Zelfstandig naamwoord
  • gedrag dat schaamte op zou moeten roepen maar het bij die persoon niet doet
onbeschaamdheid (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • onhebbelijke vrijpostigheid, onbeschoftheid

Synoniemen

Hyperoniemen