Betekenis van:
onregelmatigheid

onregelmatigheid (de ~ | meervoud onregelmatigheden)
Zelfstandig naamwoord
  • fout in het financieel beheer
"onregelmatigheden in de boekhouding"

Synoniemen

Hyperoniemen

onregelmatigheid (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • het onregelmatig zijn
"de onregelmatigheid in iemands gezicht"

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. Onregelmatigheid in verplaatsingsdocumenten
  2. de wijze waarop de onregelmatigheid werd ontdekt;
  3. Opzettelijke onregelmatigheid (artikel 29, derde alinea)
  4. de geraamde financiële consequentie van elke onregelmatigheid;
  5. de bij de onregelmatigheid toegepaste praktijken;
  6. Voor elke onregelmatigheid delen de lidstaten de volgende inlichtingen mee:
  7. Begrotingsjaar van het eerste proces-verbaal over de onregelmatigheid
  8. Bij het vaststellen van een onregelmatigheid gaan de lidstaten over tot de nodige financiële correcties.
  9. is aansprakelijk in geval van onregelmatigheid van de door hem gedeclareerde uitgaven;
  10. de datum van de eerste administratieve of gerechtelijke vaststelling van de onregelmatigheid;
  11. het tijdstip waarop of de periode waarin de onregelmatigheid werd begaan;
  12. de geraamde financiële consequentie van elke onregelmatigheid, overeenkomstig het modelformulier op blad C van deze bijlage.
  13. 7421359,72– n een reeds terugbetaald bedrag: onregelmatigheid — Beschikking 2003/481/EG van 27 juni 2003
  14. de betrokken maatregel in de gevallen waarin een onregelmatigheid werd ontdekt;
  15. Bij het vaststellen van een onregelmatigheid gaan de lidstaten over tot de nodige financiële correcties.