Betekenis van:
ontslapen
ontslapen
Werkwoord
- (van mensen) doodgaan
"de zieke is gisteravond rustig ontslapen"
Synoniemen
- expireren
- insluimeren
- overlijden
- peigeren
- verrekken
- verscheiden
- sterven
- heengaan
- kapotgaan
- versmachten
- inslapen
- creperen